Skip to Content

Vrijdag 6 december 2024

Tot Jana’s vreugde vonden Amalie en Aksel de Sinterklaaspresentjes die ze uit België had meegebracht erg leuk. Laura was minder gelukkig met al dat snoepgoed, dat voor het avondeten werd verorberd.

“Voor die ene keer…,” minimaliseerde Jana. “Toch vreemd dat jullie Sinterklaas niet kennen.”

“Wij hebben het Luciafeest.”


Laura kon de verleiding niet weerstaan en stak een schuimsnoepje in haar mond.

“Ja, volgende week vrijdag. Kom je kijken naar de optocht?”

Amalie keek haar tante vragend aan.

“Optocht?”

“Een lichtjestocht. Met Sankta Lucia vieren we dat de lange winternachten bijna voorbij zijn en dat het licht terugkomt.”

“Nog meer lichtjes dan er nu al branden? Het hele dorp baadt al dagenlang in het licht.”

Amalie lachte.

“Het is wel gezellig zo, toch? En wacht maar tot we de boom binnenzetten! Maar eerst vieren we Lucia. Tijdens de optocht gaan de lichten in het dorp uit, en iedereen brandt een kaars. De meisjes dragen een wit kleed, en het Luciameisje heeft een kroon van kaarsen.”

“Een kroon?”


Jana hoorde zelf hoe verbaasd ze klonk.

“Ja, maar dat zijn nepkaarsen. Echte kaarsen zijn te gevaarlijk. Voor je het weet staat het hele dorp in brand. Hoe dan ook, er worden liedjes gezongen en er is gløgg.”

“En zoals we al besproken hebben, is die niet voor jullie,” kapte Laura haar dochter af. “Jullie zijn nog veel te jong om aan de drank te gaan.”

“Bij Marit en Adam mag het wél.”

“Zolang je hier woont, bepalen je vader en ik de regels. Voor jullie is er warme chocolademelk.”


Amalie zuchtte, draaide zich om en liep de leefkeuken uit. Ze sloeg de deur met een luide knal achter zich dicht.

“Goed gedaan, mam,” zei Aksel terwijl hij zijn mond opnieuw vol snoep propte. “Je beseft toch dat ze hierdoor vanavond al op zoek gaat naar alcohol?”

Hij schudde zijn hoofd en verliet de keuken op dezelfde manier als zijn zus.


Laura ademde diep in en uit en liet haar hoofd tegen een keukenkastje rusten.

“Pubers… Soms benijd ik je omdat jullie nooit aan kinderen zijn begonnen. Al die discussies, al dat tegendraadse gedoe. En dan moeten ze nog beginnen uitgaan.”

“Mij lijkt het gezond tienergedrag.”


Jana brak een stukje speculaas af en boerde luid voor ze het in haar mond stak.

“Wel ja, laat je maar eens gaan.”

Laura lachte, dronk een flinke slok bruiswater en overklaste haar zus met een veel langere en luidere boer.

“Dit gezegd zijnde, denk ik dat we vanavond maar voor trek-je-plan-eten gaan. Na al dat snoep heb ik de eerste uren geen behoefte aan eten. Ga je mee langlaufen?”


Een uur later strompelde Jana hijgend door de diepe sneeuw. Haar haren zaten verstikt in haar muts, en telkens ze haar ski’s probeerde te verplaatsen, leek het alsof ze haar voeten door stroop trok. Laura stond al een stuk verderop, gracieus en snel als een professionele langlaufer. Jana vloekte. Wat kwam ze ook zoeken in dit land vol sneeuw, maar zonder zon?

“Kom op, Jana!” riep Laura vrolijk, terwijl ze elegant een bocht maakte en op één been balanceerde. “Het is net alsof je gewoon loopt. Maar dan in de sneeuw.”


Jana hijgde opnieuw en keek met samengeknepen ogen naar haar zus.

“Ja, heel simpel,” gromde ze, net voordat ze haar evenwicht verloor en met een plof in de sneeuw viel. Dit was de derde keer in een half uur. “Gewoon… wandelen.”


Laura lachte. Haar adem wolkte in de ijzige lucht.

“Je doet het prima. En de sneeuw is zacht.”

Ze stak haar hand uit om Jana recht te helpen.


Opstaan bleek echter een hele opgave met die ski’s die alle kanten op wilden. Jana maakte een vreemde, wiebelige beweging, alsof ze probeerde op een evenwichtsbalk te balanceren. Uiteindelijk lukte het haar om recht te staan, maar al snel gleed ze weer weg. Dit keer landde ze met haar gezicht in een berg sneeuw.

“Zie je wel?” schaterde Laura. “Net een zacht kussen.”


Ze stak haar stokken gemakkelijk in de grond en trok Jana opnieuw overeind.

“Misschien moeten we een beetje oefenen voor we aan de grote løype beginnen,” stelde ze vast.

“Dit is oefenen,” riep Jana wanhopig. Haar wangen waren rood van de inspanning en van de kou. “Hoe kun jij dit zo makkelijk doen? Het is alsof je in een reclamespotje zit. En ik ben een wandelende ramp.”


“Gewoon rustig blijven en de sneeuw accepteren,” zei Laura filosofisch. Ze maakte een elegante zwaai en gleed verder. “En wie weet, misschien val je dan minder.”

Jana zuchtte, deed opnieuw een poging om soepel te glijden, en viel prompt op haar achterwerk. Ze keek verslagen naar de lucht.

“Het is eerder andersom. De sneeuw accepteert mij wel heel gretig.”


Laura schaterde het uit.

“Misschien moeten we maar gewoon sneeuwengelen maken, dat is veel minder gevaarlijk.”

Ze maakte haar ski’s los en legde zich naast haar zus neer.

Aanmelden om een reactie achter te laten
Donderdag 5 december 2024